Het Duitse Eindoffensief
Bavikhove was ondertussen ook door de Duitse troepen ingenomen en in de nacht van 24 op 25 mei hadden deze Hulste bereikt.
![Kerktoren Hulste](/sites/default/files/inline-images/Kerktoren_Hulste.jpg)
Het waren troepen van de 3e Kp.I.R.74 met Oberleutnant Trimborn die het eerst aan de rand van Hulste gekomen waren, nadat er tussen Hulste en Bavikhove, aan de Vliete, nog hard gevochten werd. Inwoners hebben gezien hoe ook daar de Duitse gesneuvelden onmiddellijk werden weggehaald.
De Duitse bataljonskommandant von Lersner werd gekwetst te Hulste en moest vervangen worden. De nacht verliep nogal rustig maar op zaterdag 25 mei, bij het klaren van de dag, begon de Belgische artillerie opnieuw te vuren. De kerktoren van Hulste was het mikpunt en daarrond vielen tientallen granaten. We hoorden duidelijk het afschieten van de kanonnen, telkens salvo's per drie en kortelings daarna het gezoef en de ontploffing.
De Duitse batterij 1A.R.19 onder commando van Oberleutnant von Ondarza gaf dubbel antwoord en tegen de middag viel het zwaar geschut stil. Om 12.00 uur hadden de Duitsers de "Stokerij" te Kuurne onder controle.
![Dagorder Duitse eenheid](/sites/default/files/inline-images/Dagorder.jpg)
Dit gehucht moet van uit militair standpunt belangrijk zijn geweest, want zowel in de verslagen van het Belgisch leger, als van de Duitse eenheden werd meermaals verwezen naar deze plaats, ook zijnde een van de hoogste punten van Kuurne. Westwaarts de Brugsesteenweg hadden de Duitsers ondertussen bewegingen vastgesteld van Belgische troepen. Een "Radfahrspatrupp" (wielrijders-verkenningsgroep) van het III Bon.I.R.73 onder leiding van luitenant Kiecksee was uitgestuurd richting St.-Katrien. Toen zij tegen 13.00 uur niet terugkwamen met nieuws, werd het ergste gevreesd. Inderdaad, troepen die later in de middag doorgestoten waren, vonden langs de weg te Lendelede hun dode strijdmakkers terug.
Zondag 26 Mei 1940
![Vlufschriften](/sites/default/files/inline-images/Vlugschriften.jpg)
De morgenstond liet vermoeden dat het vandaag een zonnige dag zou worden. De nacht had iedereen wat rust gegund, maar het zou niet lang duren.
Het Belgisch leger wilde zich nog niet gewonnen zien. De soldaten hadden zich al wel teruggetrokken achter het kanaal Roeselare-Ooigem. De avond tevoren hadden Duitse Vliegtuigen de Belgische linies overgevlogen en vlugschriften uitgeworpen.
Onmiddellijk daarop verscheen een legerdagorder:
Soldaten,
De grote veldslag die verwacht werd is begonnen. Hij zal zwaar zijn. Wij zullen strijden met al onze krachten en met een uiterste inspanning. - Hij wordt geleverd op het terrein waar wij in 1914 zegevierend het hoofd hebben geboden aan den overweldiger. Soldaten, België verwacht dat Gij zijn vaandel eer zult aandoen. Officieren, Soldaten, Wat er ook gebeure, mijn lot zal het Uwe zijn! Ik vraag aan allen vastberadenheid, tucht, vertrouwen. Onze zaak is rechtvaardig en zuiver. De Voorzienigheid zal ons helpen. LEVE BELGIE!
Léopold
Te Velde, den 25 mei 1940
En toen iedereen dacht dat het een rustige morgen zou worden, kwam opnieuw de artillerie in actie. De mensen die uit de kelders gekomen waren en buiten stonden om poolshoogte te nemen, werden opeens opgeschrikt door nog enkele inslaande granaten. Toch konden we vaststellen dat de strijd al meer westelijker werd gestreden. In het "Kriegstagesbuch" van het Duitse I.R.59 als I.R.73, lezen we dat de Belgische artillerie zich verschanst had in de zone tussen St.-Eloois-Winkel en de Bosmolens. Aangezien gevreesd werd dat nu Lendelede zou beschoten worden, werd op bevel van Btl. Rdr. Hauptman Kniitsch, de dorpskom van deze gemeente volledig gezuiverd en moest de burgerbevolking zonder enige bezitting, verzamelen in een grote fabriek". De luitenant Krull van de 7 Kp. moest deze opdracht uitvoeren. Voor de inwoners van Lendelede, die rond de middag naar hun dorp terugkeerden, deed het dan ook vreemd aan, geen bewoners van de dorpskom aan te treffen.
Roeselare, Tielt en Oostende werden deze dag nog gebombardeerd. Voor Kuurne was er ook slecht nieuws, want de soldaat Michel Buyck uit de St.-Katriensteenweg 52, sneuvelde te Maria-Aalter, hij was 33 jaar.
Maandag 27 Mei 1940
![Toestand tussen 10 en 28 mei 1940](/sites/default/files/inline-images/Toestand_10-28_mei.jpg)
De toestand was dramatisch. Duizenden Belgische soldaten en vluchtelingen zaten bijeengedreven in de Westhoek. Naar schatting 2.000.000 mensen. Sinds enkele dagen waren de geallieerde inschepingen volop aan de gang. Onze troepen waren aan de uiterste grens van hun weerstandsvermogen gekomen. Het front stortte ineen, de situatie was hopeloos.
Om 17.00 uur besloot koning Leopold III onderhandelaars naar de Duitsers te sturen. Ze kwamen terug met het nieuws dat de Duitsers de onvoorwaardelijke overgave eisten.
Dinsdag 28 Mei 1940
KAPITULATIE - De morgenstilte werd door geen enkel oorlogsgeweld verstoord. Sinds 4.00 uur was het "staakt het vuren" van kracht. België had gecapituleerd. De onvoorwaardelijke overgave was ondertekend door de Belgische generaal De Rousseaux en van Duitse zijde door generaal von Reichenau. De achttien daagse veldtocht was ten einde. Het was alleen wachten op wat komen zou.
De eerste reactie bij de burgers was er een van opluchting. De beschieting was gedaan. Maar weldra kwamen de eerste berichten binnen van gekwetste of gesneuvelde parochianen.
De Kuurnse vluchtelingen keerden terug naar hun zwaar geteisterde gemeente. De stoffelijke schade aan huizen en gebouwen was enorm. In de Hulstsestraat was bijna een hele rij huizen uitgebrand. Ook de kerk en de kapel van het klooster waren onbruikbaar. Voorlopig zou er alleen een stille mis zijn in de kapel van de H. Familie, deze had minder geleden onder het oorlogsgeweld.
En of het nog niet genoeg was, maar in het merendeel van de alleen achtergebleven woningen was er ook veel verdwenen o.a. eetwaren, waarschijnlijk wel door voorbijtrekkende soldaten, ze konden voedsel en drank nu best gebruiken. Maar als we de aangiften mogen geloven, die later individueel werden opgesteld dan waren er soldaten met een hele kelder wijn van-doorgegaan!